Een fakir toont in het circus allerlei gevaarlijk uitziende tricks. Hij loopt met blote voeten op glasscherven. Hij gaat met zijn blote rug op een spijkerbed liggen. Hij neemt een wurgslang om zijn nek. Hij slikt degens en vuur. Dat wringt en steekt aan alle kanten en het moet wel pijn doen. Toch krijgt hij applaus. De fakir komt uit een land hier ver vandaan dat we alleen kennen uit de sprookjes van duizend en een nacht. Zo ook deze column. Die wordt ook geschreven en verzonden vanaf een schimmig emailadres uit een land hier ver vandaan. En het zal soms ook pijn doen om het te lezen. Applaus? Dat zal voor deze stekende schrijfsels niet klinken. Gelukkig heeft de fakir eelt op zijn hele lijf. Zodat hij de pijn van het niet gegeven applaus niet voelt.
Het beloofde land. Nederland is beroemd in het hele buitenland. Jarenlang wisten vluchtelingen blindelings de weg te vinden naar dat kleine land ergens aan de Noordzee. Bijstand, huursubsidie, voorgedrukte verblijfsvergunningen waar je alleen maar een kruisje op hoeft te zetten en de open grenzen droegen daar hun steentje aan bij. Eenmaal in Nederland ontdekte de vluchteling dat het toch minder makkelijk was om hier een nieuw bestaan op te bouwen ver van huis en haard: Uitpuilende asielzoekerscentra. Als men toch eenmaal in een gewoon huis woonde dan kwam het sociale isolement. Men kende hier niemand en men sprak te taal niet. Nederland zou vol zijn. Dat was het geluid dat vooral van rechts klonk. Feit is dat er meer arbeiders dan arbeid in ons land was en is.
Bij circussen zien we ook een duidelijke toestroom van zaken uit het buitenland. Hoewel er voor circussen en hun personeel geen Bijstand is, geen huursubsidie en geen voorgedrukte verblijfsvergunning waarop je alleen maar een kruisje hoeft te zetten. Wel zijn de grenzen voor bedrijven open dankzij Europese regelgeving.
In Nederland hebben jarenlang hooguit 10 tot 15 circussen rondgereisd. Dat is dan met de zomer-camping-circussen meegeteld. Er waren vier grote zaken. Op alfabetische volgorde: Groot Russisch Staatscircus, Herman Renz, Royal en Staatscircus van Moskou. De kleine zaken Bavaria, Bongo, Magic en Malford. En de zomer-camping-circussen Fantasia, Harlekino en Rigolo.
Als er een buitenlandse zaak kwam dan was dat voor een eenmalige tournee. Zoals de bekende zaken Gleich, Sarrasani of Franz Althoff in het verre verleden. Recenter is het eenmalige bezoek van het Deense Arena of het Oostenrijkste Louis Knie. Deze circussen kwamen, maakten een enkele tournee en gingen weer. Om soms na een paar jaar nog eens een reis door Nederland te maken; zoals Krone.
Anno 2010 zien we de volgende circussen door Nederland reizen: Alberto Althoff, Belly-Wien, Bongo, Fantasia, Freiwalds Menagerie Circus, Harlekino, Herman Renz, Humberto, Magic, Malford, Moskou-Holiday, Payazzo, Renz-Berlin, Renz-International, Rigolo, Solero, Sijm, Zanzara. Bij deze 18 namen zitten maar liefst zes grote zaken! (Alberto Althoff, Belly-Wien, Herman Renz, Moskou-Holiday, Renz-Berlin en Renz-International). En slechts twee zomer-camping-circussen: Fantasia en Rigolo. Zodat er permanent 16 zaken onderweg zijn! En er is nog meer in aantocht. Zo hebben Busch Original en Circus Sidney hun komst naar Nederland reeds aangekondigd. Nog nooit waren er zovel circussen in Nederland onderweg.
Tegenover deze groei staan enkele andere zorgwekkende ontwikkelingen. De eerste bedreiging is de projectontwikkeling. Veel geschikte plekken in de steden vallen ten prooi aan projectontwikkelaars. Er zijn steeds minder geschikte circusterreinen. Het kleinere aantal terreinen moet dan worden verdeeld over meer circussen dan ooit tevoren.
Er zijn gemeenten die lukraak speelvergunningen uitdelen. Waardoor een klein dorpje drie of vier circussen per jaar op bezoek krijgt. Met als gevolg dat het derde of vierde circus geen bezoekers meer trekt. Zeker als er weer een uitwisselbaar komediantenprogramma wordt gebracht: Het kind van de directeur dat heen en weer huppelt op de strakke draad, de zoveelste hondenact, de onvermijdelijke stoelenbalans en de afgezaagde Clown Beppo hadden ze in dat dorp al gezien.
Er zijn gemeenten die een beperkt aantal speelvergunningen "weggeven". Maar als je dan ziet dat er een piepklein circus op een heel groot terrein staat. Dan is er voor de grote zaken weer een speelplaats minder in dat jaar.
Er zijn gemeenten die de voorkeur geven aan een buitenlandse zaak. In 2009 heeft dat in meerdere steden tot teleurstelling geleid. Want "het beroemde Spaanse 6-masten-circus Gran Circo Universal" kwam nergens opdagen. Ook dáár had dus een ander circus kunnen staan.
Jaarlijks bezoeken zo'n 1,5 miljoen Nederlanders een circusvoorstelling. Met een verdubbeling van het aantal zaken die het hele jaar door in Nederland reizen betekent dat een halvering van de bezoekersaantallen per circus. En dus een halvering van de inkomsten uit kaartverkoop en buffet.
Dat Nederland vol is klinkt nu eens niet van rechts. Maar vanuit de kassa van het circus. Of vanuit het kantoor van de tourmanager die geen vergunning meer kan krijgen omdat alle vergunningen reeds vergeven zijn. De spoeling wordt dunner in bezoekersaantallen en beschikbare speelplaatsen. Dat Nederland het beloofde land is kan naar het rijk der fabelen worden verwezen. Als het land niet vol is dan blijft uw tent wel leeg!
Fakir, Verweggistan, 25 september 2010
|